Het politiesepot seponeren

Gepubliceerd op 24 maart 2021 om 08:00

Dat moet beter kunnen

In mijn ideale wereld heeft elke organisatie een ‘aangifte-mevrouw of -meneer’, zodat de hulpverlener zo min als mogelijk belast wordt met de nasleep van een geweldsincident, zo ook met alles rondom het doen van aangifte. Zolang dit nog een sprookje lijkt, kijk ik graag naar de verschillende aspecten binnen dit thema en waar er verbetering mogelijk is.

Regelmatig schrijf ik over de drempels die de hulpverlener ervaart voor en tijdens het doen van aangifte. Lees hier of hier. De laatste tijd hoor ik steeds vaker over het politiesepot waar hulpverleners mee geconfronteerd worden. Nu is dat politiesepot niet echt het probleem, ondanks dat er is afgesproken dat een politiesepot bij een VPT aangifte niet de bedoeling is. Echter de brief die de hulpverlener ontvangt als de beslissing is gemaakt tot het overgaan tot een politiesepot is vaak wel een doorn in het oog. Dat moet anders kunnen.

Uiteraard leidt niet alles tot strafvervolging

Kijk, wij snappen best dat niet alle zaken leiden tot strafvervolging. Dat niet alles voor de rechter komt en dat een aangifte ook voor de politie werk aan de winkel betekent. We begrijpen ook dat wij als hulpverleners soms niet helemaal goed kunnen inschatten wat strafbaar is en dat de impact die iets op ons heeft niet altijd gelijk staat aan de ernst van de situatie.

Dus nog los van het feit dat een politiesepot bij een VPT aangifte niet de bedoeling is, begrijp ik de keuze soms wel. En neem ik soms ook echt wel genoegen met het feit dat de aangifte enkel een bijdrage levert aan dossieropbouw. Wij hebben ons tenminste laten horen. Een grens getrokken t.a.v. het geweld tegen ons als hulpverlener. Het is wel jammer dat de verdachte hier dan weinig van meekrijgt. Met geluk is de organisatie ondersteunend en voert de behandelaar een ‘foei-gesprek’, maar de politie maakt vaak toch meer indruk.

Dat de wijkagent betrokken kan worden en in overleg ook een ‘foei-gesprek’ of informatief-gesprek kan voeren met betreffende patiënt / verdachte is vaak niet bekend bij de hulpverlener. Om dit te organiseren hebben we ook de organisatie nodig (en ook daarin is verbetering wenselijk). Dit vanuit de politie als optie aanbieden zou al fijn zijn.

Maar even, die brief dus. Die brief is vaak niet te doen.

Voor mij is het soms echt wel teleurstellend als een medewerker eindelijk begrijpt dat het doen van aangifte belangrijk is, de drempels van het doen van aangifte heeft overwonnen en zich vervolgens ontmoedigt voelt vanwege de ontvangen brief. Laten we niet vergeten dat niet elke hulpverlener weet wat een sepot betekent en dat vaak het gevoel overheerst dat de aangifte voor niks is geweest. Nog los van het feit dat de brief soms niet makkelijk te lezen is. Ik heb interessante en bijzondere gesprekken gevoerd in de GGZ, maar de verwarring en onduidelijkheid in deze brieven is soms wel een overtreffende trap hoor.

Misschien valt ook hier tijdens het doen van aangifte al een hoop te ondervangen. Maar dat vraagt wel wat van de kennis met betrekking tot de gang van zaken rondom het doen van aangifte en VPT bij de aangever (slachtoffer / organisatie) en de verbalisant (politiemedewerker).

Oké, de redenen die in de brief vermeld staan. De eerste reden is best vervelend te lezen: Tijd gebrek.

“De politie wordt namelijk dagelijks geconfronteerd met een grote hoeveelheid aangiften en meldingen van strafbare feiten. Tegelijkertijd is de beschikbare opsporingscapaciteit beperkt.”

Ongetwijfeld hebben jullie het druk. En ongetwijfeld zijn er zaken die meer prioriteit hebben dan een aangifte betreffende een gegooide stoel die de hulpverlener net niet raakte of een doodsbedreiging. Maar bedenk wel dat de hulpverlener in kwestie wél de tijd heeft genomen om er aangifte van te doen. Tijd die deze hulpverlener ook echt heel graag anders had willen spenderen. Ook wij zijn druk. En worden ook dagelijks geconfronteerd met patiënten en soms zelfs dagelijks met agressie. Langzamerhand gaan wij echter inzien dat agressie en geweld er niet bij hoort en dat ook wij een verantwoordelijkheid hebben dit uit te dragen. Dus is het voor ons de investering waard. Hier begrip voor uitspreken zou fijn zijn.

“….is besloten geen nader opsporingsonderzoek in te stellen, nu uit dat onderzoek moet blijken dat niet alleen alle zogenaamde bestanddelen van het delict bedreiging conform artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht zijn vervuld, maar tevens dat verdachte een schuldverwijt kan worden gemaakt. Het adagium is zonder schuld geen straf.”

Dat de verdachte waarschijnlijk geen schuldverwijt kan worden gemaakt, wordt dus al een beetje door de politiemedewerker ingevuld. Vaak samenhangend met het feit dat deze persoon zorg krijgt binnen de GGZ. Dus met andere woorden, de politiemedewerker heeft dusdanig veel kennis over de GGZ dat dit vanaf papier (zonder dat er door de hulpverlener behandeling-gerelateerde zaken zijn gedeeld) bepaald kan worden. Juist nadat de hulpverlener zelf al over dit struikelblok is heen gestapt; ziek zijn is geen reden tot wel mogen toepassen van geweld. Nog los van andere redenen om wél aangifte te doen zoals andere zorg bewerkstelligen.

Kunnen we alsjeblieft afstappen van het idee dat iemand die binnen de muren van een GGZ instelling verblijft niet meer verantwoordelijk kan worden gehouden voor zijn of haar gedrag? Het Wetboek van Strafrecht geldt voor alle Nederlanders, dus ook voor de Nederlander met een psychische kwetsbaarheid. Immers krijgt 43,5% van alle mensen in Nederland ooit in zijn leven te maken met een psychische aandoening. En zijn er 240.000 mensen met ernstige psychische problemen. De meeste van deze mensen zullen gelukkig nooit in aanraking komen met justitie als verdachte van een geweldsmisdrijf. De mensen die dit wel betreft zijn echter ook nog altijd medeburger met dezelfde rechten en plichten. De politie hoeft wat mij betreft hierbij niet de toga of doktersjas aan te trekken. Of impliceren dat het hem wel zou staan.

“Kijkend naar de omstandigheden van het geval, Jantje is met een rechtelijke machtiging opgenomen, ligt een vervolging / veroordeling niet voor de hand, ook al kan hem misschien in geringe mate schuldverwijt worden gemaakt.”

Regelmatig hoor ik dat zaken geseponeerd worden omdat betreffende verdachte al de juiste zorg krijgt. Vaak betreft het geweld dat plaatsvond op een gesloten (opname) afdeling. Maar bepaald de politie dat deze persoon al de juiste zorg krijgt? De GGZ heeft veel verschillende facetten. Dat een patiënt zorg krijgt, op een veilige plek verblijft (gesloten, dus veilig voor de samenleving?) en dat er door de hulpverlening adequaat is gereageerd op het geweld, wil niet zeggen dat de patiënt op de juiste plek zit en de juiste zorg krijgt. En wat mij betreft is het niet aan justitie om dit te beoordelen. Ook, of juist in het belang van de patiënt (verdachte).

“Het de-escalerende en professionele handelen van u en uw collega’s tegen deze tot een moeilijke doelgroep behorende patiënten maakt dat erger werd voorkomen.”

Het compliment in de brief is wel erg attent. Helaas is het hetzelfde compliment als in de eerder ontvangen brieven. Dat de hulpverlener zijn of haar werk goed heeft gedaan, de ingezette interventies hebben geleidt tot niet meer escalatie en schade is super fijn. Zegt veel over de kunde van de hulpverleners. En de inzet van de organisatie m.b.t. training. Echter schept het ook het beeld dat het ‘wel meevalt’. Dat het bij ons vak hoort. Dat we wellicht niet moeten interveniëren bij geweld en eerder de politie moeten inzetten (dat laatste is overigens sowieso geen slecht idee). We hebben echter de verantwoordelijkheid over meerdere patiënten en collega’s. Dus ook wij gaan voor herstel van de veiligheid. Dit doet echter toch geen afbreuk aan het toegepaste geweld of bedreiging waardoor het interveniëren nodig was? Tegen de bedreigde brandweerman zeg je toch ook niet in een sepotbrief dat het knap is dat hij het huis nog wel heeft weten te blussen? En een standaard zin voelt al snel niet meer als een compliment.

Kortom...

Het aspect tijd begrijp ik. Maar hierbij rekening houdend met het feit dat het ons ook kostbare tijd heeft gekost zou fijn zijn. Wellicht al te ondervangen door gebruik te maken van vaste (contact)personen en een aangiftebeleid. Dat de kans op strafvervolging blijkbaar kleiner is bij mensen met een psychische kwetsbaarheid verblijvend binnen GGZ muren, doet niet af aan het feit dat aangifte ook kan bijdragen aan betere zorg én dat ook deze mensen zich aan de wet moeten houden. En de hulpverlener een compliment geven is altijd goed. Weet wel dat een geknipt en geplakt compliment niet altijd als gemeend en gepast wordt ervaren.

Ik ben van het bruggenbouwen. En deze brug kan dus beter. Echt. Laten we elkaar helpen. En niet de hulpverlener het gevoel geven lastig te zijn. De zorg veiliger maken doen we tenslotte met z’n allen.